Abdij Bernardusdal (Diest)

Abdijen in Loon: Herkenrode (Kuringen), Oriënten (Geetbets), Abdij Terbeek (Sint-Truiden)

en net buiten Loon: Sint-Agatha-Abdij van Hocht (Lanaken), Sint Bernardusdal (Diest), Mariëndal (Halen), Maegdendael (Oplinter), Abdij van Vrouwenpark (Rotselaar)

De abdij lag oorspronkelijk buiten de stad Diest, in Webbekom. Omstreeks 1235 stond Paulus, een leenman van Arnold IV van Diest, aan de oorsprong van de stichting van deze vrouwenabdij . Hij zou er later als lekenbroeder intreden.

De bekende tijdsperikelen, de opstand in de Nederlanden tijdens de 16de eeuw en de oorlogen van Lodewijk XIV, hebben de abdij zeer veel schade berokkend. In 1570 werd de abdij totaal verwoest. De zusters zouden er nooit meer terugkeren. In 1607 woonden ze in Diest binnen de veilige stadsmuren.

Bernardusdal is nooit een rijke abdij geweest. In 1676 bezat ze slechts 115 bunder. In 1699 spreekt men zelfs van een rampzalige toestand op financieel gebied. De monialen werden gedwongen tot de bedelstaf, wat nooit in de cisterciënzertraditie is voorgekomen. Het voogdijschap was toevertrouwd aan de abt van Sint-Bernards-aan-de-Schelde, en dit sinds 1541. De rector en de kapelaan kwamen uit voornoemde abdij.

In 1796 werd definitief een einde gesteld aan het abdij leven. De laatste abdis, Theresia Verbist, afkomstig uit Westerlo, stierf in 1802. Er waren na de opheffing van de abdij nog 14 monialen en 6 lekenzusters in leven.

Het bewaarde archief berust te Brussel in het Algemeen Rijksarchief. De abdij Bornem bezit een cartularium uit de 17de eeuwen een obituarium uit de 18de eeuw, dat op een ouder exemplaar teruggaat. Van de laatste abdis, Theresia Ver bist, blijkt een portret bewaard, geschilderd in 1787.


  • 1997, Anselm Hoste, Nuyttens, De glans van Cîteaux in de Nederlanden, 900 jaar cisterciënzerinnenabdijen 1098-1998, Van Bockstaele, Stichting Kunstboek, Brugge, 1997